Bernard zijn passie voor vlinders begon op zijn vierde, toen zijn familie naar het platteland in Poppel verhuisde, op enkele meters van de grens met Nederland. “Mijn grootvader ving een vlinder en liet die aan mij zien. Ik vond dat geweldig,” vertelt Bernard, die sinds 1995 in Tervuren woont.
Zestig jaar later gidst hij natuurwandelingen in en rond Tervuren om soorten zoals de tauvlinder te tonen, die nog te vinden zijn in het Zoniënwoud en het Park van Tervuren. “Die zie je nu vliegen, vooral rond de middag,” zegt hij enthousiast. Maar achter die passie schuilt ook bezorgdheid: “Het aantal vlinders is met 95 procent gedaald sinds ik begon.”
Bernard wijt die dramatische achteruitgang aan intensieve landbouw en het gebruik van pesticiden. “Eén hectare besproeien doodt 600 kilo regenwormen en alles wat daarbij hoort.”
Als gepassioneerd vlinderkenner waarschuwt Bernard al jaren voor de achteruitgang van vlinders in Tervuren en in de rest van België. Zelfs met het Zoniënwoud en het park als groene parels, ziet hij hoe klimaatopwarming en eentonige, sierlijke tuinen de biodiversiteit bedreigen.

“Bloemen zoals paasbloemen, tulpen of forsythia, die je vaak in Tervurense tuinen ziet, betekenen niets voor vlinders,” legt hij uit. “Rupsen eten er niet van en vlinders bezoeken ze niet.” Hij pleit voor planten zoals wolfsmelk, ijzerhard, buddleja en wilde marjolein.
“Als iedereen in Tervuren die zou planten, helpt dat de vlinderpopulatie,” zegt Bernard. Rupsen hebben immers specifieke waardplanten nodig, zoals brandnetels en bramen, maar die verdwijnen steeds vaker door intensieve landbouw en strak gemaaide gazons. “Vroeger stonden de weiden vol paardenbloemen, nu zijn het groene woestijnen,” verzucht hij.
Ook het Zoniënwoud blijft niet gespaard. “Beuken lijden onder hitte en droogte door klimaatopwarming,” waarschuwt Bernard. “Tegen 2100 zal het Zoniënwoud zoals we het nu kennen bijna volledig verdwenen zijn.” Hij roept op om beuken geleidelijk te vervangen door klimaatbestendige loofbomen zoals eiken, berken en esdoorns. “Op eiken leven 159 soorten rupsen, op sparren maar zes. Diversiteit is cruciaal, anders wordt dit woud een woestijn.”.
Toch blijft Bernard hoopvol. “Steeds meer mensen hebben interesse voor vlinders,” merkt hij op. Via platformen zoals waarnemingen.be wisselt hij gegevens uit met andere natuurliefhebbers. Hij is actief in vlinderclubs en geeft advies voor vlindervriendelijk beheer, tot in Frankrijk.
Zijn boodschap voor Tervuren is helder: plant vlindervriendelijke bloemen, steun een divers bosbeheer en stop met pesticiden. “Iedereen moet zijn deeltje bijdragen, anders gaan we naar nul vlinders.” In een gemeente waar natuur en erfgoed samenkomen, klinkt Bernards oproep als een dringende wake-upcall voor de biodiversiteit.
Auteur: Dafydd ab Iago. © Artikel en foto zijn gelicentieerd © 2024 voor Tervuren+ onder de Attribution-ShareAlike 4.0 International-licentie. Foto van mannelijke tauvlinder (Aglia tau): Harald Süpfle, CC BY-SA 3.0 https://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0, via Wikimedia Commons.